8
9. ENERGIEBESPARING
Met deze functie kunt u de energiebesparende modus in- of uit-
schakelen. De machine is in de fabriek ingesteld met de actieve
modus om voor de machine een lager energieverbruik, in over-
eenkomst met de van kracht zijnde Europese regelgeving, te
waarborgen. Ga voor de wijziging van deze instelling als volgt te
werk:
1. Bij uitgeschakelde machine (stand-by), maar bij voedings-
kabel aangesloten op het elektriciteitsnet;
2. Houd het pictogram (B9) ingedrukt tot de lampjes op
het bedieningspaneel (B) gaan branden.
3. Druk op het pictogram (B13);
4. Activeer/deactiveer de functie door nogmaals te drukken
op pictogram :
• geactiveerde functie
• gedeactiveerde functie
5. Druk op het pictogram OK (B15) om te bevestigen (of
op ESC (B14) om zonder wijzigingen af te sluiten). De
lampjes gaan uit.
De instelling van de energiebesparing is nu geprogrammeerd.
Let op:
• In de energiebesparende modus heeft het apparaat enkele
seconden nodig voordat de eerste koe wordt afgegeven,
omdat het apparaat moet opwarmen.
10. GELUIDSSIGNAAL
Met deze functie is het mogelijk het geluidssignaal te activeren of
te deactiveren. Ga als volgt te werk:
1. Bij uitgeschakelde machine (stand-by), maar bij voedings-
kabel aangesloten op het elektriciteitsnet;
2. Houd het pictogram (B9) ingedrukt tot de lampjes op
het bedieningspaneel (B) gaan branden.
3. Druk op pictogram om de functie te activeren/
deactiveren:
• geactiveerde functie
• gedeactiveerde functie
4. Druk op het pictogram OK (B15) om te bevestigen (of
op ESC (B14) om zonder wijzigingen af te sluiten). De
lampjes gaan uit.
Het geluidssignaal is nu geprogrammeerd.
11. FABRIEKSWAARDEN (RESET)
Met deze functie worden alle instellingen (temperatuur, auto-
matische uitschakeling, waterhardheid, energiebesparing en
alle programmeringen van de hoeveelheden) gereset naar de
fabriekswaarden.
1. Bij uitgeschakelde machine (stand-by), maar bij voedings-
kabel aangesloten op het elektriciteitsnet;
2. Houd het pictogram (B9) ingedrukt tot de lampjes op
het bedieningspaneel (B) gaan branden.
3. Druk op het pictogram (B12): de koeboontjes (B7)
op het bedieningspaneel knipperen;
4. Druk op het pictogram OK (B15) om terug te keren
naar de fabriekswaarden (of ESC (B14) om zonder wij-
zigingen af te sluiten). De lampjes gaan uit.
De instellingen en de hoeveelheden van de dranken zijn nu
weer ingesteld op de fabriekswaarden.
12. SPOELING
Met deze functie is het mogelijk heet water uit de koeuitloop
(A9) te laten stromen om het interne circuit van de machine te
reinigen en te verwarmen.
Plaats een bakje onder de koeuitloop en het afgiftepijpje heet
water.
Let op! Gevaar voor brandwonden.
Laat de machine nooit onbeheerd tijdens de afgifte van heet
water.
1) Druk voor de activering van deze functie op OK (B15);
2) na een paar seconden stroomt uit de koeuitloop heet
water dat het interne circuit van de machine reinigt en
verwarmt.
3) Druk voor de handmatige onderbreking van de functie
nogmaals op OK.
Opgelet:
• Wanneer het apparaat langer dan 3-4 dagen niet gebruikt
wordt is het zeer raadzaam om, na het opnieuw inschake-
len, 2/3 spoelingen uit te voeren alvorens het apparaat te
gebruiken;
• Het is normaal dat er na het uitvoeren van deze functie
water aanwezig is in het koedikbakje (A11).
13. KOFFIE ZETTEN
13.1 Afstelling van de koemolen
De koemolen mag niet worden afgesteld, althans in het
begin, aangezien deze reeds in de fabriek is ingesteld voor het
verkrijgen van een correcte koeafgifte.
Wanneer u echter na het bereiden van de eerste kopjes koe
opmerkt dat de afgifte weinig volumineus is of met weinig
crème, of dat de afgifte te langzaam loopt (druppelsgewijs),
moet een correctie worden uitgevoerd met de regelknop van de
maalgraad (A5) (afb. 7).