44
CARVEX
NL
5 Veiligheidsvoorschriften
5.1 Algemene veiligheidsvoorschrif-
ten
Waarschuwing! Lees alle veilig-
heidsvoorschriften en aanwijzin-
gen.
Wanneer men zich niet aan de
waarschuwingen en aanwijzingen houdt, kan
dit leiden tot elektrische schokken, brand en/
of ernstig letsel.
Bewaar alle veiligheidsinstructies en
aanwijzingen om ze later te kunnen raad-
plegen.
Het begrip „elektrisch gereedschap“ dat in de
veiligheidsvoorschriften gebruikt wordt, heeft
betrekking op elektrisch gereedschap met
netvoeding (met netsnoer) en elektrisch ge-
reedschap met accuvoeding (zonder nets-
noer).
5.2 Machinespecifieke veiligheids-
voorschriften
–
Houd de machine alleen vast aan de
geïsoleerde handgrepen, wanneer u bij
slijpwerkzaamheden met het gereed-
schap verborgen stroomleidingen of de
eigen stroomkabel kunt raken.
Wanneer
u met het slijpgereedschap spanningsvoe-
rende stroomleidingen raakt, kunnen meta-
len delen van de machine onder spanning
komen te staan en de gebruiker vervolgens
een elektrische schok toebrengen.
–
Elektrisch gereedschap van Festool
mag alleen worden ingebouwd in werk-
tafels die hiervoor door Festool bedoeld
zijn.
Door inbouw in andere of zelfgemaakte
werktafels kan het elektrisch gereedschap
onveilig worden, met mogelijk ernstige on-
gevallen als gevolg.
–
Wacht tot het elektrische gereedschap
tot stilstand gekomen is voor u het
neerlegt.
Het inzetgereedschap kan zich
vasthaken en tot het verlies van de controle
over het elektrische gereedschap leiden.
– Vervormde zaagbladen of zaagbladen met
barstjes en met stompe of defecte snijvlak-
ken mogen niet worden gebruikt.
– De decoupeerzaag moet altijd met lopend
zaagblad tegen het werkstuk worden gezet.
– Draag een passende persoonlijke veilig-
heidsuitrusting: gehoorbescherming, veilig-
heidsbril, stofmasker bij werkzaamheden
waarbij stof vrijkomt en veiligheidshand-
schoenen bij het bewerken van ruwe mate-
rialen en het wisselen van gereedschap.
– Bevestig het werkstuk altijd zo, dat het tij-
dens de bewerking niet kan bewegen.
– Sluit de machine bij stofproducerende werk-
zaamheden altijd aan op een afzuiging.
– Controleer regelmatig de stekker en de ka-
bel en laat deze bij beschadiging door een
geautoriseerde onderhoudswerkplaats ver-
nieuwen.
–
LED-verlichting kan bij mensen die
daarvoor aanleg hebben, leiden tot epi-
leptische aanvallen.
Gebruik deze machi-
ne niet wanneer u een dergelijke aanleg
heeft.
– Kijk niet in het stroboscooplicht. Het kijken
in de lichtbron kan het gezichtsvermogen
beschadigen.
5.3 Metaalbewerking
Bij de bewerking van metaal dienen de
volgende veiligheidsmaatregelen te
worden genomen:
– Voorschakelen van een differentiaal- (FI-,
PRCD-) veiligheidsschakelaar.
– Machine aansluiten op een geschikt afzuig-
apparaat.
– Machine regelmatig ontdoen van stofafzet-
tingen in het motorhuis.
– Gebruik een metalen zaagblad.
– Sluit de bescherming tegen stof en spanen.
5.4 Emissiewaarden
De volgens EN 60745 bepaalde waarden be-
dragen gewoonlijk:
Beveiligingsklasse /II
Decoupeerzagen PS 400 EBQ PSB 400 EBQ
Draag een veiligheidsbril!
Geluidsdrukniveau L
PA
= 88 dB(A)
Geluidsvermogenniveau L
WA
= 99 dB(A)
Onzekerheid K = 3 dB