NEDERLANDSnl
16
Tweede versnelling
Schroeven
Boren
Zonder draaimomentbegrenzing
Slagboren
Draaimoment
Afb. A
1 Snelspan-boorhouder
2 Huls (koppel, boren, klopboren)*
3S
chakelaar (1e/2e versnelling)
4 Draairichtingsschakelaar (instelling van de
draairichting, transportbeveiliging) - aan beide
kanten van de machine
5T
oets voor ontgrendeling van het accupack
6 Toets voor de indicatie van de capaciteit
7 Capaciteits- en signaalindicatie
8
Accupack
9 LED-lampje
10 Drukschakelaar
*afhankelijk van de uitvoering
7.1 Accupack, capaciteits- en signaalindica-
tie Afb. B
Het accupack voor gebruik opladen.
Laad het accupack bij vermogensverlies weer op.
De optimale opslagtemperatuur ligt tussen 10°C en
30°C.
7.2 Accupack uitnemen, inbrengen
Afb. C
7.3 Draairichting, transportbeveiliging
(inschakelblokkering) instellen
Afb. D
7.4 Versnellingsstand kiezen Afb. E
Schakelaar (3) alleen gebruiken wanneer de
motor stilstaat!
7.5 Draaimomentbegrenzing instellen,
boren, slagboren Afb. F
7.6 In-/uitschakelen, toerental instellen
Afb. A
Inschakelen, toerental: drukschakelaar (10)
indrukken. Het toerental kan met de drukscha-
kelaar worden veranderd.
Uitschakelen: drukschakelaar (10) loslaten.
Opmerking:
Het geluid dat bij het uitschakelen
van de machine optreedt, is afhankelijk van de
constructie (snelstop) en heeft geen invloed op
het functioneren en de levensduur van de
machine.
7.7 Snelspan-boorhouder Afb. G
Bij een zachte gereedschapschacht moet even-
tueel na een korte boortijd worden nagespannen.
Aanwijzing voor
machines met aanduiding SB...
:
1. Het geratel dat eventueel hoorbaar is bij het
openen van de boorhouder (afhankelijk van het
gebruik), wordt verholpen door de huls in tegen-
gestelde richting te draaien.
2. Inzetgereedschap spannen:
Huls (1) in richting "GRIP, ZU" draaien, tot de
merkbare mechanische weerstand overwonnen
is.
Let op! Het gereedschap is nu nog niet
gespannen! Met kracht verder draaien (hierbij
moet een "klik" hoorbaar zijn ), tot verder
draaien niet meer mogelijk is - pas dan is het
gereedschap veilig gespannen.
Reinigen: De machine af en toe verticaal naar
beneden houden en de huls volledig in de
richting „GRIP, ZU“ draaien en vervolgens
volledig in de richting „AUF, RELEASE“
draaien. Het verzamelde stof valt uit de
snelspan-boorhouder.
7.8 Boorhouder afschroeven Afb. H
Het vastschroeven gebeurt in omgekeerde volg-
orde.
8.1
Multifunctioneel bewakingsysteem
van de
machine
Schakelt de machine zelfstandig uit, dan heeft
de elektronica de zelfbeveiligingsmodus
geactiveerd. Er klinkt een waarschuwingssignaal
(continu piepsignaal). Dit gaat na max. 30
seconden of na het loslaten van de drukschakelaar
(10) uit.
Oorzaken en oplossingen:
1. Accupack bijna leeg Afb. A, B (De elek-
tronica beschermt het accupack tegen schade
door diepontlading).
Knippert er een LED-lampje (7), dan is het accu-
pack bijna leeg. Eventueel op toets (6) drukken
en de laadtoestand aan de hand van de LED-
lampjes (7) controleren. Is het accupack bijna
leeg, dan moet het weer opgeladen worden!
2. Een lang aanhoudende overbelasting van de
machine leidt tot temperatuuruitschakeling.
Laat de machine of het accupack afkoelen.
Opmerking:
Voelt het accupack zeer warm aan,
dan is het mogelijk het accupack in uw „AIR
COOLED“-laadapparaat sneller af te koelen.
Opmerking:
De machine koelt sneller af
wanneer men hem onbelast laat draaien.
3. Bij een te hoge stroomsterkte (die zich bijv.
voordoet bij een lang aanhoudende blokkering)
wordt de machine uitgeschakeld.
Machine bij de drukschakelaar (10) uitschakelen.
Daarna normaal verder werken. Zorg ervoor dat
zich verder geen blokkeringen voordoen.
6. Overzicht
7. Gebruik
8. Storingen verhelpen